TWIJZEL – Verscholen in de lommer van de Friese Wouden ligt een eldorado. Wie het lange pad van de streek Egypte bij Twijzel af rijdt, ontwaart een wijngaard. Wijn verbouwen in Friesland, het werd lang voor onmogelijk gehouden. Dit is wel zo’n beetje de Noordpool van de wijn
: op de 53stebreedtegraad de noordelijkst gelegen wijngaard van Nederland, de Frysling (een samenvoeging van Fryslân en Riesling). Maar zeker niet de minste. Wat heet! Je mag hier spreken van een microklimaat waar op anderhalve hectare aan vijfduizend stokken zes nieuwe, hybride druivenrassen rijpen die goed gedijen in ons klimaat, met minder zonuren toe kunnen en minder gevoelig zijn voor schimmels: Johanniter, Solaris, Souvignon Gris, Pinotin, Cabernet Cortis en Cabernet Noir.
Er worden witte en roséwijnen van gemaakt – de eerste rode komt in 2020 – waarvan de mousserende door sommelier Koen van der Plas van driesterrenrestaurant Inter Scaldes, de nummer één van ons land, als beste worden beoordeeld. Waar reguliere wijndomeinen een keer of dertig, veertig per jaar spuiten, daar is dat afgelopen zomer op de Frysling slechts twee keer gedaan.
Op de wijngaard staat een prachtige, strakke villa waar Douwe en Jantiene Broersma met hun zoon Guido wonen. Mooier bestaat niet. Leven als god en wijn in Frankrijk, maar dan in Friesland!
Ze zijn hun eigen referentie: ‘Wij maken wijnen die wijlekker vinden.’
Er gaat een lange story aan het neerstrijken in Twijzel vooraf.
Jantiene: ‘Mijn man Douwe komt uit deze regio, uit Gerkesklooster-Stroobos. Ik kom uit Leeuwarden maar ken deze streek al vanaf mijn jeugd, want mijn vader, slager van beroep, kocht hier op It Paradyske een buitenhuisje. Het stelde niks voor. Een oliekachel moest het huisje warm houden. Verder was er een waterput. Ik vond het hier heerlijk. Als stadsmeisje wilde ik altijd al naar het platteland. Ik kreeg hier vriendinnen met wie ik weekends op stap ging, ook wel naar Leeuwarden want hen trok juist de grote stad. In Kollum ontmoette ik Douwe. Hij komt uit een transportfamilie waarin hij samen met broers en ooms van hem werkte. Nadat het bedrijf ophield te bestaan stonden wij op een keerpunt in ons leven. Inkomsten haalde ik uit mijn winkel in teken- en schildermaterialen in Leeuwarden die ik sinds 2001 dreef. Wij keken om ons heen naar een ander huis omdat we wilden verhuizen. De zoektocht in de driehoek Leeuwarden-Drachten-Heerenveen heeft vier jaar geduurd. De huizen waren namelijk duur geworden. Twee opties hadden we voor ogen: óf iets dat helemaal af was óf iets dat helemaal opgeknapt moest worden. Het werd het laatste want we vonden op deze plek een vervallen woudhuisje zonder gas, op een perceel van 3,5 hectare, zeshonderd meter van de weg.’
Ondertussen kon architect Edwer de Haan een ontwerp maken op basis van een A-viertje waarop de wensen kenbaar werden gemaakt: een kantoor, een kelder (Jantiene: ‘We hebben spijt dat niet het hele huis op een kelder is gefundeerd’), glaswanden voor een ruimtelijke buitenbeleving binnen, een akoestisch plafond, vier terraspuien en alles opgetrokken van duurzame materialen.
Jantiene: ‘Het werd een heel comfortabel huis met zonnepanelen en aardwarmte. Zodoende hoefden we geen lange gasleiding aan te leggen. Een windboom van vijftien meter hoog komt er nog bij als energie-opwekker als daar financiële ruimte voor is. De tekeningen werden goedgekeurd en na de verkoop van ons huis konden we beginnen met de bouw. Dit huis is optimaal geïsoleerd en vergt heel weinig energie. De vloerverwarming koelt in de zomer en ventilatieroosters houden de kou buiten. Dat geldt ook voor de puien van speciaal isolatieglas.’
Het grote perceel was met de bouw van het huis echter nog onbenut.
Jantiene: ‘Douwe kreeg de kans het vrieshuis van het vroegere familiebedrijf over te nemen. Daar kwam bij dat hij twee dagen per week ging chauffeuren om een nieuwe start te kunnen maken. Wat ons broodwinning betreft wilden wij het namelijk over een andere boeg gooien. Bij Douwe kroop het boerenbloed waar het niet gaan kon en toen we in de krant een stuk lazen over de wijnboerderij De Heidepleats, bracht ons dat op het idee een wijngaard te beginnen. Het mocht geen hobbydingetje worden, we wilden serieus investeren. Er is een bedrijfsplan gemaakt en we hebben tal van wijngaarden bezocht. Zo is de Frysling ontstaan. Inmiddels bieden we wijnen die tot het hogere segment van de markt behoren. We zijn dan ook selectief in de afzet en vragen ons bijvoorbeeld af hoe we onze bruiswijn in New York krijgen. ’
Op een wijngaard zijn bij het loofwandbeheer en de pluk vele handjes nodig en toen kwam het royale huis van pas. Van over de hele wereld komen mensen via het online platform Work Awaytegen kost en inwoning helpen bij de werkzaamheden.
Jantiene: ‘Wij zorgen ervoor dat ze een ervaring voor het leven opdoen en dat ze zich gewaardeerd weten. Het lekkerste eten wordt voor hen bereid en natuurlijk ook de beste wijnen! Dit is voor mij iepen mienskip; mensen deelgenoot maken van jouw bestaan.’