LEEUWARDEN – In de 16e eeuw werden in de hogere kringen veel huwelijken voltrokken tussen neven en nichten. Stadhouder Willem Lodewijk (Ús Heit) trouwde op 25 november 1587 nicht Anne van Nassau als zijn tweede vrouw. Dat huwelijk en de wijze waarop zij als neef en nicht leefden, werd op hun trouwdag, maar dan 432 jaar later in het souterraintheater van het Stadhouderlijk Hof, ten tonele gevoerd.
Het betrof de eerste voorstelling van Jan-Dirk van Ravensteijn en Ella de Jong in een van de eeuwenoude hofkelders aan de voet van het standbeeld van Ús Heit.
Van Ravensteijn is gepast trots op dat kleinste theater van Leeuwarden en de samenwerking die hij heeft met Foekje de Witte, manager van het Fletcher-paleishotel Stadhouderlijk Hof.
‘Ook voor mij is hiermee een droom uitgekomen,’ aldus Foekje.
Het intiem theater – dat dienst deed als timmerhok – heeft een capaciteit van 50 bezoekers (in dineropstelling 32) en kwam in de plaats de vorige huisvesting van De Vier Pelikanen aan de Tweebaksmarkt: het prachtige monumentale Jugendstilpand van 1903 waarin vroeger De Utrecht Verzekeringen zetelde. De vorige eigenaar Dolf Dijkstra uit Wergea bracht dit pand net als het Âld Slot in zijn woonplaats op de markt. De stichting kon niet op tegen het bod van de vermogende wijnondernemer Tjeerd van der Hoek (eerder eigenaar van de Baarsma Wine Group en Wielinga wijnkopers, nu van de webshops Wijnvoordeel en Wijnbeurs). Hij restaureert het momenteel. Zijn zus Ra van der Hoek, beeldend kunstenaar, krijgt er plek voor haar galerie.
De naam Vier Pelikanen blijft echter voortleven in een stichting met als bestuursleden Herman Smit en Huub Riezenbosch. De nieuwe huisvesting betreft een win-winsituatie: Van Ravensteijn theater en events heeft een knus onderkomen met boven een foyer en Fletcher kan er de diners serveren. Inez Timmer, gecharmeerd van die accommodatie, is de eerste cabaretière die er op 3 april gaat optreden met het programma Holocaust Hollywood dat in het kader van 75 jaar vrijheid wordt gebracht.
De voortreffelijke voorstelling van Jan-Dirk en Ella was in een actueel jasje gestoken. Zingend en acterend tussen de drie dinergangen door brachten zij alle intriges van het stadhouderlijk huwelijk. Het betrof geen gearrangeerd huwelijk van Willem en Anna, maar wel een waarin de toenmalige verhouding duidelijk in het voordeel van de man uitviel. Emancipatie was nog onbekend, hetgeen betekende dat de vrouw onderdanig was aan haar echtgenoot.
Curieus was dat het 55 jaar geleden als neef en nicht getrouwde paar Jan en Artha van der Werf uit Houten op hun huwelijksdag de voorstelling bijwoonde. Met dien verschil dat Artha een ‘stiefnicht’ van de in Leeuwarden geboren Jan is. Zij logeerden in het Fletcher-hotel.
‘Een goed idee om Jan-Dirk en Ella te vragen voor een avond van onze Fryske Krite Útert (Utrecht),’ opperde Jan, die voorheen logistiek medewerker bij de NS was.
Van Ravensteijn schreef alle tekst en melodieën en deed grondig onderzoek. Hij bezocht het Duitse slot Dillenburg, indertijd bewoond door Juliana van Stolberg en de geboorteplaats van Willem Lodewijk en diens broer Jan VI van Nassau Dillenburg. Ook kreeg hij inzage in stukken – kopiëren was niet toegestaan – in de vroegere residentie Apeldoorn en in het koninklijk paleis in Den Haag.
Zoals bekend mag worden verondersteld, kreeg het in de Franeker Martinikerk voltrokken huwelijk van Willem Lodewijk en zijn gemalin een triest einde. Na een half jaar overleed Anna als gevolg van een miskraam. Zij werd bijgezet in de Grote Kerk van Leeuwarden. Willem Lodewijk hertrouwde niet weer want, zo verklaarde hij, ‘Die alte Affection ist zu Gross’. Ook hij werd later bijgezet in de kerk.
De voorstelling kan worden beschouwd als een opmaat voor het Willem Lodewijk-jaar 2020 dat door de stichting Nassau en Friesland wordt georganiseerd.
Inmiddels heeft Van Ravenstijn al weer een nieuw project op stapel staan. Hij wil een stuk over Willem van Oranje, bekend als Vader des Vaderlands, opvoeren.
‘Ik denk daarbij aan kastelen, met als thema een dialoog met muziek.’
De carrière van Jan-Dirk begon al op vroege leeftijd. Hij liep in 1972 in zijn geboorteplaats Zuidlaren als jonge tamboermaître al voor de muziek uit. In Leeuwarden ging hij vrijetijdskunde studeren, vervulde er allerlei komische rollen en begon in 2013 met zijn kleine theater De Vier Pelikanen. Hij doet voorts de organisatie van bedrijfsuitjes, theaterproducties, fungeert als trouwambtenaar en is recentelijk als zanger actief met het project Boudewijn de Groot in it Frysk. En alsof dat nog niet genoeg is, maakt hij als bestuurslid deel uit van ondernemersprijs de HET en is hij bestuurlijk annex met de Stichting Friesland die er voor wil zorgen dat onze provincie koploper wordt in duurzaamheid. (JdK)