friesjournaal logo

Teun Simonides in de authentieke apotheek van 1903.

BURDAARD – Teun Simonides (72) woont museaal. In de letterlijke zin; zijn oude dokterswoning ziet er nog precies zo uit als in 1903. Ook de apotheek aan de achterzijde in het pand is nog authentiek. Een foto ervan diende als omslag van Hylke Speerstra’sroman Neaken en bleat foar de dokter. Een exemplaar dat er ligt getuigt daarvan.

Simonides zelf was geen dokter, zijn vader Hylke wel. Mem hielp mee, zoals dat vroeger ging met een doktersechtpaar. Teun ging geschiedenis studeren in Groningen. Die periode van zes jaar op kamers was de enige in zijn leven dat hij niet op deze stek in Burdaard woonde.

Na de studie keerde de vrijgezel terug naar Burdaard.

‘Ik woonde aan de ene kant van de centrale gang, mijn ouders aan de andere kant. Ruimte genoeg,’ vertelt Teun, die in 1976 docent werd aan het Dokkumer lyceum. Hij twijfelde wel een poos over zijn studierichting: ‘Mijn belangstelling ging ook uit naar theologie en kerkgeschiedenis.’

Later kroop het bloed toch waar het niet gaan kon: ‘Ik ben een pastorale opleiding gaan volgen. Van 2007 tot 2015 was ik tevens pastor in Flieterpen, Ginnum, Reitsum en Lichtaard. In Buitenpost geef ik nog steeds kerkgeschiedenis bij de cursus Theologie voor Gemeenteleden.’

De familie Simonides was haar tijd eigenlijk vooruit met het samenwonen. Later werd dit zogeheten ‘kangoeroe-wonen’ van overheidswege gestimuleerd om ouderen langer thuis te laten wonen. Teun Simonides kon zijn ouders bijstaan op hun oude dag; zijn hulpbehoevende Heit stierf in 1992 op 84-jarige leeftijd en Mem op 91-jarige leeftijd in 2006. 

‘Je maakt je ouders dan heel anders mee dan in je jonge jaren. Het was een verrijking van mijn leven,’ aldus Teun.

Wonen aan de Dokkumer Ee in Burdaard was vroeger vooral voorbehouden aan rentenierende boeren en veekooplui. De dokterswoning is een kloek pand dat zich uitstekende leende voor een dokterspraktijk. Van 1903 tot 1940 waren Buis en Krol de huisartsen van het dorp en daarna Hylke Simonides tot 1972.

‘Zijn oudste patiënt in 1940 was een man die in 1848 was geboren. Kun je nagaan welk groot tijdsgewricht mijn vader heeft overzien,’ aldus Teun. 

Van nabij heeft hij het huisartsbestaan meegemaakt. 

‘Een huisarts moest vroeger van alle markten thuis zijn,’ zegt Teun terwijl hij de apotheek laat zien. De oude dokterstas met attributen voor bevallingen staat er nog. Potten en flessen staan onaangeroerd, een weegschaal staat op het aanrecht. Vroeger werden veel medicijnen zelfgemaakt. Apothekers waren nauwkeurige en deskundige mengers van vloeistoffen en poeders.

‘Blauw stond voor licht giftig, rood was heavy spul,’ zegt Teun.

Verder is nog een flesje levertraan uit 1929 aanwezig. Elk kind moest er vroeger sterk door worden gemaakt.

Hij tovert van alles tevoorschijn, zoals tangen voor het trekken van kiezen (zonder verdoving!). De oude injectienaalden die er nog liggen zijn groot en zouden in deze coronatijd vrees inboezemen bij mensen. Opvallend zijn ook de lenzen.

Teun: ‘De huisarts was zo allround dat hij mensen ook brillen aanmat. Je moest ook wel, want op het platteland was je op een huisarts aangewezen.’

Curiositeit in de apotheek is het eerste geneeskundig jaarboek van 1940. Het werd later uitgegeven omdat kopij verloren was gegaan bij het bombardement op Rotterdam. Er staan alle huisartsadressen van dat jaar in. 

Hoe zorg je ervoor dat de apotheek niet door de sloophamer verdwijnt? Een vraag waar Teun Simonides over heeft nagedacht. Het ligt in de bedoeling dat deze waardevolle ruimte een plek krijgt die het verdient, en wel in een museum dat de medische historie van ons land toont.

Voorlopig woont hij er met genoegen: ‘Ik hou van het noordelijk landschap van Noord-Holland tot aan Groningen toe. Dit is mijn wereld.’

Het royale huis is niet te groot voor hem: ‘Ik benut alle ruimtes. In de ene kamer woon ik, in de andere heb ik mijn werkkamer en weer een ander vertrek is mijn leeskamer en mijn bibliotheek. Ik ben nogal bewaarderig en heb veel documentatie. Ik neem niet zomaar afstand van iets. Je gooit toch geen boeken weg? Maar het wordt nu wel tijd om een beetje te gaan opruimen.’

Partners