Waarom wordt voetbal altijd opgezadeld met het uiten van statements en andere sporten niet, of nauwelijks? LHBTI, politiek, landen waar geen democratie is of mensenrechten worden geschonden, altijd wordt het voetbal opgedrongen er iets van te vinden en een boodschap uit te dragen. Daarbij wordt er ook nog selectief gewinkeld. Een land als China is nooit een doelwit, nooit de pineut. Ik snap best, voetbal is de belangrijkste sport ter wereld. Sterker, voetbal is niet slechts de belangrijkste bijzaak in het leven zoals Kees Jansma beweert, voetbal is gewoon het belangrijkst wat er is. Ik zet voetbal op een nog hoger voetstuk dan de Verenigde Naties. Er is werkelijk niks wat de wereld en volkeren zo bijeen brengt, wat zo bijdraagt aan erkenning, herkenning, verbondenheid, plezier, enthousiasme, gezond patriottisme, mooie rivaliteit en vredelievendheid als voetbal, ook al slopen Kutmarokkanen onze steden na een overwinning.
Juist hierom zou je gewoon met je poten van het voetbal af moeten blijven. Je moet deze sport niet steeds in verlegenheid brengen, al gaan er natuurlijk dingen fout. Waar niet? Qatar bouwde stadions en dat zal z’n tol hebben geëist. Niet overal heb je veiligheidsvoorschriften, arbowetgeving en arbeidsinspectie. Maar 6.500 dode bouwvakkers? Als je dat stelt moet je ook met bewijzen komen. Vergeet niet dat werk voor velen loont maar dan moet je niet in Nederland wonen. Wij zijn verwend en naïef.
Qatar had niet het speelveld voor een WK mogen zijn, verneem ik. Veel mensen lijken het vergeten, maar wij, Nederland, waren in 2008 samen met België in de race voor het WK in 2018 (naar Rusland gegaan…) en 2022, gekocht door Qatar. De FIFA kijkt namelijk ook naar het eigen belang en huishoudboekje, wie niet? Dat is cynische vaststelling maar wel reëel. Wij lieten Johan Cruijff op de fiets naar het comité gaan, bidbook in de sporttas die op het stuur lag. Dat was een verwijzing naar ons thema: duurzaamheid. En daarmee moet je dan opboksen tegen de oliedollars. Kansloos natuurlijk. Wel jammer, want Heerenveen was een speelstad geworden. De club had het namelijk goed voor elkaar met Yme Kuiper en Henk Hoekstra aan het front.
Hadden wij het ook zo vlekkeloos georganiseerd als Qatar? Ik denk van niet. Zulke grote evenementen als een WK voetbal zijn volgens mij niet geschikt om te houden in landen waar vooral wordt gedraald. Je moet dat toewijzen aan landen die rigide zijn in hun bestuur, waar je niet moet lullen maar poetsen. Qatar was een goed toernooi: mooie en grote stadions, uitstekende velden, compact en weinig logistiek, ordelijk en vriendelijk, aangename omstandigheden en temperatuur (beter dan ’s zomers in heel veel andere landen) en op een goed moment zo halverwege het seizoen aan het eind van het jaar.
Het voetbal was ook intrigerend. Veel verrassingen en opmerkelijke uitschakelingen, opkomende aantrekkelijk spelende landen (Aziatische teams, Marokko, Canada, VS), veel goals in de slotfase en een kampioen die ik nu nog niet weet omdat dit stukje voor de halve finale is geschreven. In dat opzicht kwam de uitschakeling van Nederland me wel uit, hoewel ik nog nooit zo fanatiek Oranje-supporter ben geweest en dat kwam natuurlijk door de Tower fan de Jouwer, onze eigen Fries Andries Noppert, keeper van Heerenveen. De Lev Jasjin van de Lage Landen. Wat een belevenis!
Het WK leerde één ding en dat heb ik al vaker op deze plek beweerd: hou op met dat gelul over tactiek. Voetbal is geen tactisch spel. Je moet wel georganiseerd spelen en een goede veldbezetting hebben, okay, maar verder? Gewoon ervoor met de boor. Snelheid, loopvermogen, fysieke kracht, lengte, passing en normale pressie en geen provocerende Van Gaal-pressie op de middellijn, en een spelbepaler in je team. Vroeger was dat standaard tegenwoordig zie je ze nauwelijks meer. Op het WK zag ik er twee: Luka Modric van Kroatië en oud-Heerenvener Hakim Ziyech van Marokko. Voor de rest is het naar voren met die bal. Juist op de momenten dat het moest, dat er niets meer te verliezen was, speelden teams op hun best, waren ze het gevaarlijkst, scoorden ze goals en forceerden ze beslissingen. Nederland speelde een geweldige slotfase tegen Argentinië en kroop in de verlenging in hun schulp terwijl de tegenstander psychologisch rijp voor de sloop was. Maar weer moesten we, nota bene met twee pinchhitters, tactisch de wedstrijd uitspelen. Het was een roemloos einde voor Louis en Truus die zelf de show wilden stelen en de voetballers in de schaduw plaatsten.